Verdwenen Nederlandse woorden
Datum: 17-06-2017 | Geplaatst in: Nieuws
Ieder jaar weer worden de woorden in De Dikke van Dale nagelopen om te zien welke nieuwe woorden er missen en moeten worden toegevoegd. Hierbij wordt ook gecontroleerd welke woorden er eigenlijk niet meer van deze tijd zijn en die moeten worden verwijderd uit De Dikke van Dale. Wij noemen 5 woorden die ná 2015 zijn verdwenen uit De Dikke van Dale.
1. Schavotspijker
Een kleine jongen die vaak erg ondeugend gedrag vertoonde werd een schavotspijker genoemd. Nu kennen we hiervoor het woord ‘kwajongen’ of het woord ‘deugniet’ wordt gebruikt.
2. Snuistergeld
Het kleingeld in de portemonnee of in een spaarpotje thuis werd ook wel snuistergeld genoemd. Tegenwoordig wordt het weer gewoon ‘kleingeld’, ‘muntgeld’ of ‘losgeld’ genoemd.
3. Steevolk
Steevolk was het woord dat gebruikt werd om aan te geven dat er werd gesproken over mensen uit de stad. Het was afgeleid van ‘stadsvolk’. Tegenwoordig spreken we vaker van ‘stedelingen’ of ‘stadsmensen’.
4. Astmasigaret
De astmasigaret was eigenlijk gewoon een sigaret, maar met rook die ervoor kon zorgen dat een
astma-aanval werd verminderd. Nu de maatschappij steeds meer in opstand komt tegen rokers en het roken zelf is besloten om het woord te verwijderen uit De Dikke van Dale.
5. Trantelkooi
Dit woord klinkt heel ouderwets, maar stond toch nog altijd in De Dikke van Dale, tot 2015. In dat jaar werd het woord verwijderd. Een trantelkooi is een afgesloten buitenruimte waar gevangenen een luchtje mogen scheppen. Uiteraard bestaan deze plaatsen nog steeds, maar nu worden ze ‘luchtplaatsen’ genoemd.